Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend[Matthijs Salverda]Salverda (Matthijs), geb. te Appingadam 7 Februari 1840, ontving zijne opleiding aan het gymn. te Nijmegen, kwam van daar aan de Universiteit te Utrecht, 21 Sept. 1857 en werd 30 Oct. 1860 als Philos. stud. ingeschreven, prom. ald., werd in 1865 hoogleeraar in die faculteit te Groningen; in 1871 tot inspecteur L.O. in Utrecht benoemd, werd hij reeds met den aanvang van 1873 daarna inspecteur van het M.O. en woonde in die betrekking in Den Haag, waar hij overleed, 11 Juni 1886. In 1869 richtte hij met H. Bouman, (zie blz. 103.) De Schoolbode op, waarvan hij eenige jaren redacteur bleef. Hij schreef: De beteekenis van Aristoteles voor de ontwikkeling der natuurlijke geschiedenis, Gron. 1868; Ons landbouwonderwijs, Leid. 1869; Dierkunde, 1ste cursus, Gron. 1870; Handleiding bij het onderwijs in de beginselen der dierkunde, 2e druk, Gron. 1871; de herdruk van 1875 onder den titel van: Handleiding bij het onderwijs in de beginselen der planten dierkunde, Gron; verder bijdr. in tijdschr. en jaarboeken. |
|