[Hans de Ries, Rees, Reys, Rijs, Rijke]
Ries, Rees, Reys, Rijs, Rijke (Hans de), wiens naam uit Le Ricke verbasterd schijnt, geboren te Antwerpen in December 1553, volgde reeds vroeg de begrippen der herv., later die der doopsgez., doch vond ook deze in zijne geboortestad te onverdraagzaam en liet zich bij de Waterlanders in N.-Holl. doopen. Te Antwerpen teruggekomen, werd hij vervolgd, te Midd. verdreven, Aken was voor hem onveilig, zoodat hij naar de waterl. doopsgez. terugging, hun leeraar werd, van 1591-'98 hunne gemeente te Emden bediende, en toen zich te Alkmaar vestigde, waar hij als voorganger overl. 14 Sept. 1638. Coornhert en Spiegel waren zijne vrienden, Vondel vereerde zijn, door Mierevelt in 1619 geschilderd portret, met een bijschrift.
Behalve theologische geschriften, gaf hij een Historie der martelaren, Haarl. 1615, door den schrijver vermeerderd, Haarlem 1631.
(Doopsgez. Bijdr., 1863 en '64.)