[Jacobus Johannes Nieuwenhuyzen]
Nieuwenhuyzen (Jacobus Johannes), geb. te 's-Hage 19 Aug. 1816, was eerst te Amst. klerk bij een notaris, doch toen hem dit niet beviel, werd hij knecht bij een korenverschieters- of zolderbaas, dien hij later in zijne werkzaamheden als korenfactor opvolgde.
Hij had eene keurige boekerij, vooral van Oudhollandsche romans en liederboekjes. Zijn overl. had plaats 25 Aug. 1869; Hofdijk schr. het hieronder aangeduid levensbericht. Hij gaf tal van fragmenten uit van Oudnederlandsche letterkundige geschriften, zooals: Melianus, den ridder met het kruyce, 1839; Frederik van Jenuen, 1847; Het leven van Jezus; Koning Arthur; over den Homulus; Schoone historie ofte parabel van den verloren sone, enz. welke stukken hij meestal in De Konst- en Letterbode en in De Dietsche Warande plaatste.
(Hand. Mij. Ned. Lett., 1862.)