[Johan Willem Statius Muller]
Muller (Johan Willem Statius), geb. te Maastricht in 1767, was Evang. Luthersch pred. te Gouda in 1793, te Alkmaar in 1794, te Haarlem in 1795, te Amst, in 1800, waar hij werkzaam hleef tot 1835; hij vestigde zich toen te Wageningen en overl. daar 12 Dec. 1836.
Hij gaf behalve leerredenen, bijdr. in tijdschr. en leerboekjes voor den godsdienst, en bovendien: Drie verhandelingen over den zelfmoord, 1804; Handboek voor alle leeftijden. Een nieuwjaarsgeschenk voor alle vrienden van waarheid en deugd, Amst. 1818; Brieven van een menschenvriend aan lijdenden en ongelukkigen (anoniem), Amst. 1832; Het leven en het karakter van den Engelschen godgeleerde D.G.P. Doddridge (na M's dood uitgegeven door J. Nieuwenhuis), Nijm. 1837; Stemmen uit het graf van een Christen, 2 dln., Dordr. 1839, en Stemmen van gene zijde des grafs, Dordr. 1843; (beide door zijn zoon in 't licht gegeven). Voorts bekroonde het Nut zijn antwoord op de vraag: Of en hoedanig men de kinderen behoort te leeren bidden en danken, 1799; en Teylers Genootschap, zijn verhandeling: Over de verbreiding der Evangelieleer, 1809.