[Mr. Henri Ernest Moltzer]
Moltzer (Mr. Henri Ernest), geb. te Wassenaar 20 Mei 1836, stud. en prom. in de rechten en in de letteren, werd in 1862 commies ter secretarie van de Nederl. Bank, in 1864 leeraar aan de hbs. te Haarlem, in 1865 hoogleeraar te Groningen en 1882 te Utrecht.
Zijne letterk. werken zijn: Gesch. van het wereldlijk tooneel in Ned. gedurende de middeleeuwen, (acad. proefschr.), Leid. 1862; De nieuwe richting in de taalkunde, Gron- 1865 (Inaugureele oratie); Studeeren en Studeeren is twee, Redev., Gron. 1866; Heiligerlee en de Ultramontaansche geschiedbeschouwing, Gron. 1868; Bilderdijk en het Nederl. volk. Aan wien de schuld der verwijdering? Toespraak, Gron. 1873; Anna Roemers Visscher. Letterk. studie, Gron. 1874; Shakespeare's invloed op het Ned. Tooneel, Gron. 1874; De hist. beoefening der Ned. taal. Toespraak, Gron. 1877; Studiën en schetsen van Nederl. letter kunde, Haarl. 1880; De volksverbeelding in het rijk der taal, Redev., Gron. 1881; De hist. beoefening der Ned. letteren. Toespraak, Gron. 1882. Onder zijne red. en die van dr. J. te Winkel verschijnt de Bibl. van Middelnederl. letterkunde, Gron. 1868 en v.v., waarin van zijn hand: De Mndl. Dram. poëzie, 1875, Floris ende Blancefloer, 1879. Hij bezorgde de uitgaven van Hareniana. Brieven van W. en O.Z. van Haren, Gron. 1876, is medebewerker der uitgave van Bredero, Amst. 1886, en schr. een aantal bijdr. en art. in tijdschriften.