Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend
[pagina 514]
| |
daarna te Terheiden in N.-Brab., in 1859 te Neede, is sedert 1862 te Bolsward en aldaar sinds 1 Jan. 1889 tevens stedelijk archivaris en redacteur der Bolsw. Courant. Schr.: Mijne reis door Zwitserland naar de Waldenzen in Piemonts valleijen, Utr. 1852. (Een herhaald bezoek aan deze hist. merkwaardige bevolking heeft hem opgewekt om hier te lande algemeene belangstelling te weeg te brengen voor de oude Dalluyden); Aan mijne vrienden. Gedachtenis, bevattende vier preken en een voorwoord, Bolsw. 1863; Opwekkend woord tot Neerland's volk gericht, Bolsw. 1867; Levensvragen. Brieven aan eene vriendin, Amst. 1872; Lidewijde van Cd. Busken Huet, Bolsw. 1868; De belijdenis eene levenszaak. Aandenken aan eene heilige ure, Amst. 1877 (naamloos); Bolsward's kunst en kunstgeschiedenis, Sneek 1888, benevens bijdr. in verzamelwerken, tijdschr., als Pantheon, Tijdschr. ter bevordering van nuttige kennis; Het Brood des levens, Christelijke overdenkingen; Godgel. Bijdr.; Bijbelsch Dagschrift; Onze Godsdienstprediking. Voorr. in boeken, als De opvoeding en verzorging van het kind enz., van Julia Pfannenschmidt - Burow. |
|