Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend
[pagina 438]
| |
Ferdinand Samuel Korff en van Aletta Bakker. De vereenigde namen werden ook gedragen door hun kleinzoon Alexander Hugo, den beroemden kunstschilder, geb. te 's-Grav. 31 Aug. 1824, overl. te Leiden 28 Jan. 1882, en zijn reeds bl. 33 vermeld volgens het spraakgebruik op het art. Mevr. G.J. Bakker Korff-Hoogeboom. Mr. J. Bakker Korff prom. te Leiden 22 Juli 1808 en werd op dien jeugdigen leeftijd door Koning Lodewijk tot ambtenaar bij het algem. landsbestuur benoemd en volgde die loopbaan tot zijn eervol ontslag als referendaris in 1849, welke landsdienst alleen afgebroken werd door de volkswapening van 1813 en zijnen dienst bij de schutterij in 1831, te gelijk met zijn oudsten zoon. Hij overl. te Leiden 6 Febr. 1869, als een hooggeacht staatsburger, wiens verdiensten door onze en menige buitenl. regeering gewaardeerd werden. Schr., behalve opst. en aankondigingen in Tijdschr. voor Wijsbegeerte. Athenaeum, tijdschr. voor wetenschap en kunst en andere volgschr., waaronder De Schildwacht, 's-Grav. 1849, en het Goudsch Kronijkske, door hem geredigeerd: Brieven aan een vriend over de Brieven van Lipman aan Groen v. Pr., 's-Grav. 1849; Nederl. en zijne koloniën. Twee tabellen, 's-Grav. 1849; vertalingen en kleinere geschr. van godsd., wijsg. en politieke strekking. (Dagbl. van Z.-Holl. en 's-Grav., 10 Maart 1869.) |
|