Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend[Martin Kalff]Kalff (Mart in), geb. onder Nieuweramstel, 28 Febr. 1848, bracht eerst een vijftal jaren in 't Klein-seminarium Hageveld te Voorhout door, was daarna een jaar op den weg om tooneelspeler te worden, was verder Joh. Hilman, z.a. in de beschrijving zijner verzamelingen betrekkelijk het tooneel behulpzaam, en kwam door diens bemiddeling in betrekking bij het Handelsbl., waarvan hij thans een der red. is. Behalve in het Hdbl. gaf hij art. over tooneel, aesthetica, kunst, letteren en oudheden in Aurora, Castalia, Nederland, Ned. Mag., Tooneelverbond, Leeskabinet, (waarin novellen, psd. Jan de Ruyter), Ned. Kunstbode, Euphonia, Eigen Haard e.a. tijdschr.; verder verschenen afz. of in overdruk: twee oorspr. tnsp.: Huwelijksbeletselen, blsp. in verzen, Amst. 1869, Machteld van Velzen, ondicht, Amst. 1873 en een paar dgl. vertaalde stukken; Het Amsterd. stadhuis, thans koninkl. paleis, Amst. 1874; Amsterdam in praatjes en plaatjes, 2 dln., Amst. 1875, '76, 2e dr. 1878; De schoonheidsleer des tooneelspelers, Haarl. 1876; De Oome's, Amst. 1878; Beelden uit het volksleven, Amst. 1879; In 't hartje der stad. Oud- en nieuw Amsterdam, Amst. 1880; Tekst bij 16 stadsgez. te Amst., Haarl. 1883. Met S.M.N. Calisch, In 't Oûmanhuis. Kijkjes op de tentoonstelling, Amst. 1876; met P.H. Witkamp, Prins Hendrik der Nederl., Amst. 1879; De Jobsiade, Amst. 1881, '88; in de Guldens-editie: No. 133, Onbekende vrienden. |
|