[Friedrich Kaiser]
Kaiser (Friedrich), geb. 10 Juni 1808 te Amst., waar zijn vader, als Hgd. taalmeester uit Nassau-Dietz geboortig, eenige jaren werkzaam was, werd in 1826 observator aan de sterrenwacht te Leiden, 15 Febr. 1831 aldaar als phil. stud. ingeschreven, in 1837 lector, in 1840 buitengewoon, in 1845 gewoon hoogleeraar in de sterrenkunde aan de hoogeschool aldaar. Met gebrekkige middelen heeft hij den Nederl. roem in de sterrenkunde bevestigd en uitgebreid; als leeraar onderscheidde hij zich, zelfs voor niet mathematisch voorbereide hoorders en lezers, door ongemeene duidelijkheid; hij heeft de tegenwoordige sterrenwacht onder zijn toezicht zien optrekken, en blijft, meer nog dan door zijne kennis en zijn ijver, in herinnering wegens zijne minzaamheid en eenvoudigheid. Hij overl. te Leiden 28 Juli 1872.
Behalve veel streng wetenschappelijke astron. werken, schreef hij de volgende, die wegens hun uitmuntenden stijl hier behooren vermeld te worden: De sterrenhemel verklaard, Amst. 1844, '47 en Dev. '60; id. beschreven en afgebeeld, Amst. 1845 en '53; Gesch. der ontd. van de planeten, Amst. 1851, '59; De inrichting der sterrewachten, Leid. 1854; Beschr. van den Sterrenhemel, (in de nieuwe uitg. van Uilkens), Leeuw. 1857; John Bake als beschermer der sterrekunde, Amst. 1864. Voorts redev., het Sterrekundig jaarb., verslagen, rapporten en bijdragen in de Konst- en Letterbode, in De Gids, enz.