Hogendorp (Gijsbrecht van), was volgens zijne eigene opgave in de Toe-Eygening van het hieronder vermeld tooneelstuk, ‘aenghenomen onder de comp. der Guarde’ van Prins Maurits; hij ging later in Zweedschen dienst en werd na den dood van Gustaaf Adolf benoemd tot kommandant van Maintz. In 1635 werd deze stad door de Keizerlijken onder graaf von Dohna belegerd en met een eervolle capitulatie overgegeven. Hogendorp keerde daarop naar Holland terug en stierf in Den Haag.
[pagina 362]
[p. 362]
Hij schreef: Trver-spel van de Moordt, begaen aen Wilhem, by der Gratie Gods, Prince van Oraengien, Amst. 1617, 1639; met dit stuk is in 1617 Coster's Academie ingewijd.