[Cornelis Rudolphus Hermans]
Hermans (Cornelis Rudolphus), geb. te Oss 22 Febr. 1855, prom. 24 Juni 1834 te Leiden in de letteren, werd rector in Den Bosch en was een hoogst verdienstelijk beoefenaar der gesch. en oudh. van Noord-Brabant. Hij overleed 14 Dec. 1869.
Behalve een aantal studiën en kleinere opstellen, inzonderheid zijn gewest betreffend en in het Tijdschrift van het Noordbr. Gen. en den Noordbr. Alm. opgenomen, de beschrijving dier provincie in De Aardbol III, Amst. 1841, en in De Katholiek, gaf hij afzonderlijk: Geschiedk. mengelwerk over N.-Br., 2 dln., 1840-'41; Overzicht der landbouwk. geschr. betr. Noord-Brab., 1845; Bijdr. tot de Gesch., Oudh., enz. van N.-Br., 2 dln., 1845; Verzameling van kronijken, charters en oorkonden betr. de stad en meijerij van Den Bosch, 1848; Verz. van zeldzame oorkonden betr. het beleg van Den Bosch in 1629, 4 dln.. 1850-'73; Lijst van enkele en dubbele stadhuispenningen der stad, 1851; Gesch. over den bouw der Sint Janskerk, Haag 1853; Analytische opgave der gedrukte charters betrekkelijk N.-Br., 704-1648, 1841; Noord-Brabants Oudheden, 1865; Gesch. der Rederijkers in N.-Br., 1867. Met A. van Hoogstraten en M. v.d. Boogaard: Charters en bescheiden betr. het land van Ravestein, 2 dln., 1850. Meest alle in Den Bosch gedrukt.