[Jan Pieter Heije]
Heije (Jan Pieter), geb. te Amst. 1 Maart 1809, stud. in de medicijnen, eerst in zijn geboortestad, daarna te Leiden, trok in 1830 als Leidsch jager uit, prom. na zijn terugkomst in 1832, en vestigde zich als geneesheer te Amst. In 1857 legde hij de praktijk neer. Hij begon zijn dichterl. loopbaan met de uitgave van enkele losse verzen, was medewerker aan De Vriend des Vaderlands, daarna mede-oprichter van De Muzen en De Gids. Zijne talrijke geschriften, waarvan eene uitvoerige lijst in de Hand. van Letterkunde, 1877, voorkomt, getuigen van zijn vaderlandsliefde, zucht tot aankweeking van goede eigenschappen in ons volk en bestrijding van nationale ondeugden, van zijne onvermoeide belangstelling in het onderwijs, voornamelijk door zijne, deels door de Holl. Mij., deels door 't Nut bekroonde ged. en liederen; hij was een krachtig bevorderaar der toonkunst en hare geschiedenis in ons land. Hij overl. te Amst. 24 Febr. 1876; op zijn graf te Abbenes is een gedenkteeken geplaatst, bekostigd uit bijdr. van schoolkinderen uit veel plaatsen van ons land.
Hij schreef: Zangen der liefde. Vier Liederen, Amst. 1844; Kinderliederen, drie bundels, Amst. 1844-'44 (1e Bundel 5e dr. 1869, 2e Bundel 4e dr. 1871, 3e Bundel 2e dr. 1852, id. uitgave zonder zangwijzen 3e dr. 1870); Sprookjes uit de oude doos op rijm gebracht: Roodkapje, De gelaarsde Kat, Kleinduimpje, 3 stn., Amst. 1846-'47; Kindergedichten (uitgeg. door 't Nut), Leid. 1847; Een nieuw Nederl. verzen- en liederboek, Amst. 1847; Volkszangboek voor meerstemmig gezang. Zangwijzen van Nederl. toondichters, Amst. 1850-'53; Nieuwe Kinderliederen, Amst. 1852; 2e druk 1868, herdr. 1879; Een feestdag voor het volkszangonderwijs (30 April 1852), Amst. 1853; Kinderliederen en nieuwe kinderliederen,