[Mr. Willem Jan Cornelis van Hasselt]
Hasselt (Mr. Willem Jan Cornelis van), broederszoon van den voorg., geb. te Amst. 9 Jan. 1795, stud. aan het ath. en verder te Leiden, waar hij Bilderdijk's voorlezingen bijwoonde, prom. er in 1820, was eerst advocaat, daarna kantonrechter en eindelijk lid der rechtbank van eersten aanleg, in 1838 der arr. rechtb. te Amsterdam. In 1848 werd lid der dubbele Tweede Kamer tot herziening van de grondwet en bleef sedert lid van de Kamer tot 1852. Hij overleed te Amst. 2 Maart 1864.
Zijne werkzame nasporingen, waarvan de uitkomsten in zijn uitmuntend levensbericht volledig worden opgegeven, zijn voornamelijk: Het Haarlemmermeerboek van J.A. Leeghwater, 13e druk, met aanteek. van en voorafgegaan door eenige levensbijz. van den schrijver, en een hist. overzigt der plannen tot en der werken over het droogmaken van het Haarlemmermeer, met portretten, kaarten en facsimile's, Amst. 1838; Ontw. tot droogmaking van het Haarlemmermeer zonder voorafgaande bedijking, van Dr. Conradus Zumbag tot Coesfelt van den jare 1752. Met een kaart, Amst. 1838; Ontw. om de stad Amsterdam van zoet water te voorzien in de XVIIe eeuw, 3e dr. Omgew. en met een voorberigt vermeerderd, Amst. en 's Hage 1841; De familiën Bonaparte en Leuchtenberg, Amst. 1845; Levensberigt van Mr. Jacob Pieter van Walree, in de Hand. van Letterk., 1849. Voorts een aantal rechtsgel. werken en eene menigte van verslagen, bijdragen, recensiën enz., in Vad. Letteroef., Letterk. Mag. van Wetenschap, Kunst en Smaak, Bijdr. tot Boeken- en Menschenkennis, De Gids, waarvan hij mede-red. was, 1838-'45, Kronyk van het Hist. Gezelsch. te Utrecht, Geld. Volksalm., Ov. Alm. voor Oudheid en Letteren, Bijdr. voor Vaderl. gesch. en Oudheidk., De Vrije Fries, Kerkhist. Archief, Dietsche Warande, Navorscher, Nieuwe Recensent, verschillende couranten, enz.
(Hand. Maatsch. Ned. Lett., 1864. Ned. Spect. 1864, bl. 89.)