[Anthony Hartsen]
Hartsen (Anthony), geb. te Amst. 17 Nov. 1719, koopman aldaar en curator van de Doopsgez. gemeente bij het Lam en den toren, was dichter en lid van het genoots. Oefening beschaaft de kunsten, en overleed 12 Mei 1782.
Hij schreef: De wedergevonden zoon, blsp., n.h. Fr., 1759, 3e dr. 1770; De moeder, vertrouwde van hare dochter, id. 1672; Mahomet, n. Voltaire, id. 1770; De Vrouw naar de waereld, id. 1777; De adellijke landman, id. 1779, gezamenlijk, als Tooneelpoezij uitgeg., Amst. 1779. Hij vert.: Brederode, uit het Latijn van P. Burman, Amst. 1767; De Heer Cassander of de uitwerkingen van de Liefde en het Koperrood; Zeer burgerlijk treurspel of allerakeligste drama uit het Fransch, Amst. 1778. Achter de lijkrede van Hulshoff op Klaas de Vries, een diphtstuk ter gedachtenis, 1766.