[Hendrik Arent Hamaker]
Hamaker (Hendrik Arent), geb. te Amst. 25 Febr. 1789, studeerde aan het athen. zijner geboortestad, werd in 1815 hoogl. in de Oostersche talen te Franeker, twee jaar later te Leiden en overl. daar 7 Oct. 1835.
In het Nederl. schreef hij: Claudianus de dichter onzer eeuw (een vertaling van L.A. Decampo's Lat. vers Claudianus nostrorum temporum vates), Amst. 1841; Redevoering over den aard der zelfstandigheid, haar gewigt voor volken en personen en haar noodzakelijkheid voor Nederl., Leid. 1831; Akad. Voorlezingen over het nut en de belangrijkheid der gramm. vergelijking van het Grieksch, het Latijn en de Germaansche tongvallen, Leeuw. 1835; bijdragen in Kist en Royaard's Archief, in Van Kampen's Mag., in Siegenbeek's Museum en in de Mnemosyne, waar een dichtstuk van hem gevonden wordt: Aan prof. M. Tydeman bij de gelijktijdige promotie van drie zijner zonen, den 8sten Nov. 1822.