[Maria, geboren de Smet Goutier]
Goutier (Maria, geboren de Smet), geb. 8 Sept. 1810 te Deinze (Oost-Vl.), werd in 1832 onderwijzeres in hare geboorteplaats, in 1844 hoofdonderwijzeres der gemeenteschool No. 5 te Gent, en in 1864 bestuurder van het Weezengesticht voor meisjes, der gemeenteschool No. 15 en der bewaarschool. Na acht jaren op hare rust te hebben geleefd overl. zij te Gent op 3 Dec. 1886.
Zij schreef: Novellen en Gedichten in het Letterkundig Jaarboekje van Gent en den Almanak voor Nederlandsche katholieken te Amsterdam; Over de welvoeglykheid (uitgave van het Willemsfonds), Gent 1857; Liedjes en Gedichten (id.), bekroond, 1858-9 en 1860-1; Drie Verhalen, Gent 1864, 3e druk Brussel 1876; De kleine Kinderschouwburg of verzameling van tooneelstukjes, bijzonder geschikt voor meisjesscholen, Bruss. 1876; Twee Zusters, Bruss. 1876; Kleine Diergaarde voor kinderen, Bruss. 1877; Hendriks lichtzinnigheid, Bruss. 1877; Van alles wat, leesboek voor de jeugd, Bruss. 1877. Eenige bladzijden over Midden-Afrika en zijne bewoners, of beekjes worden stroomen, Bruss. 1877; De Honden, of samenspraken en bijzonderheden over den waterhond, den doghond, den schapershond, den Alpischen hond, den jachthond, den trekhond, den Siberischen hond, den Nieuwlander en den geleerden hond, Bruss. 1877; De Aap, of de kleine stedelingen in vacantie, Bruss. 1877; De Bij, Bruss. 1877; De Beer, Bruss. 1877; Het Varken, Bruss. 1877; De Hoenders, Bruss. 1877; Het Huisgezin Scoonejans of tafereelen van orde en wanorde, spaarzaamheid en verspilzucht, Bruss. 1877; De Verwarring, of jongen en meisje, blijspel in twee bedrijven, gevolgd van het Feest in de School, Bruss. 1879; Twee Huishoudens, Bruss.; Marietje, gevolgd door de gravin de Lalaing, Bruss.; Het naarstige Meisje, blijspel met zang in éen bedrijf, gevolgd van de Tooverlantaarn; De kleine Bedelares; Blijft eenvoudig en oprecht; De blinde Grootmoeder; Meisjes kleed u niet boven uwen stand; Leve de Koning!; Het verheugde Meisje, Bruss.; Een uitstapje naar Spa, blijspel met zang in twee bedrijven, gevolgd van: De verdeelde Pachthoeve en Misstap en berouw, Bruss.; De Luim, Bruss. 1882.