[Antony Cramer]
Cramer (Antony), geb. in 1785 te Amst., waar hij tot den gegoeden stand behoorde, den genoemden Pierre Agron tot gouverneur had, doch in zijn latere jaren boekhandelaar werd, overleed er 17 Juli 1833.
Hij schreef: Mijne herinneringen uit Duitschl. en Brab. gedurende den jare 1814, Amst. 1821; De bogchels mijner luimen of overleveringen uit het geheimzinnige kabinet, Amst. 1822, 2 dln.; Waarheid door gekheid omsluierd, of wat wordt van Parijs gezegd? Amst. 1824; De geschenken van Pandora, Amst. 1824; De kleine tooneelspeler of de vondeling aan den grooten weg naar Parijs, Amst. 1826; Moeder en dochter, een tafereel uit de hedend. groote wereld, Amst. 1827; Het reisje naar Dinant, Amst. 1828; De pelgrim der Nederl., schetsende de zeden en gebruiken der onderscheidene steden en dorpen, Amst. 1829, 6 dln; De grijsaard uit de rotskloven van St. Domingo, of de slachtoffers der slavenopstand, Amst. 1829; De gunsteling van Napoleon, of de kleine schoenpoetser van de straat le Pelletier te Parijs, Amst. 1830; Nationale nijverheid of een uitstapje naar Brussel, Amst. 1830; De bode bij het ministerie te Brussel, of de erfgenamen van het kasteel de Rotteval, Amst. 1830; Het sprakelooze meisje van Brussel of de Rebellenbruid, Amst. 1830; De brandstichter of de Vadervloek, Amst. 1831; Het Rijnspook, overleveringen uit de Riddertijden, benevens het dagboek eener reize langs den Rijn in 1831, Amst. 1832; Het kraambed aan de oevers van de Beresina of het legermeisje der groote armée van Napoleon, Amst. 1833; De geheimzinnige visscher of