Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend
[pagina 125]
| |
te Dordr. en besteedde zijn ledige uren aan de beoefening van taal- en letterkunde. Hij overl. er 6 Oct. 1841. Schr.: Tafereelen uit het menschelijk leven, 4 dln., Dordr. 1805; Lektuur voor zwaarmoedigen, of keur van luimige en verlustigende verhalen; Dordr. 1816; Keur van belangrijke en onderhoudende verhalen. 2 dln., 1817; Afwisselende lektuur of gemengde verhalen, Dordr. 1820; Victor en Julien, of vriendschap en argwaan, een tafereel van de vervolgzucht uit de tijden der Fransche omwenteling, 2 dln., Dordr. 1821; Belangrijke verhalen, Dordr. 1829; Merkwaardige levensschetsen, Dordr. 1830, Levenstafereelen, Dordr. 1838. Voorts vertaalde hij veel romans, waarvan de Kluizenaar op het eiland Formentera het bekendst gebleven is, terwijl tot zijn' arbeid voor het tooneel behooren: Montoni, of het kasteel van Udolphi, n.h. Fr., Amst. 1799; Peter Alexowicz, czaar van Rusland, of de samenzweering in Moscow, n.h. Hoogd., Dordr. 1800; en een blijspel: De Beproeving, of de jonge echtgenooten, Amst., 1809. |
|