Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend
[pagina 120]
| |
zwakheid van gezicht, welke met blindheid eindigde, legde hij zijn praktijk neer en ging te Putten wonen, dicteerde daar art. voor tijdschr. onder het hem geheel karakteriseerende psd. De blinde Putter, en overl. er 20 Jan 1876. Behalve werken over zijn vak, schreef hij: Twee causerieën, Utr. 1857; Losse volksblaadjes over vaderlandsche geschiedenis, 2 serieën, Utr. 1855-'68. Bijdragen tot de geschied. van het Ned. zeewezen, 4 st. Utr. 1867-'69; Utrecht. Historische wandelingen, Utr. 1874, 2e druk, Utr. 1874; De vogels. Iets uit de natuurl. historie aan mijne kinderen verteld, Utr. 1875; en bijdragen in Nederland, de Bibliotheek van het Huisgezin, De schat der gezondheid, Almanak voor het schoone en goede en De Tijdstroom. |
|