[Mr. Pieter Boddaert Junior]
Boddaert Junior (Mr. Pieter), kleinzoon van den voorgaande, geb. te Utrecht in Oct. 1766, stud. te Utr., woonde later te Amst., waar hij echter noch als poorter, noch als adv. voorkomt. In sterke afwijking van zijn vromen grootvader en zijn geleerden vader, daalde hij van zijn reeds niet zeer verheven standpunt tot dien staat van beruchtheid, welke spreekwoordelijk geworden is en den 9 Maart 1805 te Amst. zijn ontijdigen dood veroorzaakte.
Hij gaf uit: Verzameling van Gedichten 2 st., Utr. 1790, meest van ‘zeer’ erotischen aard; Eene navolging van Pope's Geroofde haarlok, Haarl., 1791; Gedichten uit de gevangenis (z.n.), Utr., 1792; Molstein en Kroondorp, tooneelsp., Amst., 1794. Al, wat waarheid en overdrijving op zijne rekening stelden, en hem verkozen toe te dichten, werd nu verzameld en uitgegeven onder den titel van: Nagelatene poëtische en prozaïsche portefeuille van Mr. P. Boddaert, Amst. 1805, herdr. Amst. 1827.