[Mr. Dirck van Bleyswijck Evertszoon]
Bleyswijck Evertszoon (Mr. Dirck van), geb. te Delft 28 Dec. 1639, begon zijne studiën te Leiden, 24 April 1659 en deelt mede, dat hij die te Utr. heeft ‘voltrocken’; hij doorreisde ons land, doch werd door eene zware ziekte belet buitenslands te gaan om zich in 't gebruik der Fransche taal te oefenen, schreef in den tijd zijner herstelling het hieronder vermelde werk, was daarna drie jaren afwezig, en werd na zijne terugkomst lid der Delftsche regeering, was, daarin sedert 1671 benoemd, Raad, Schepen en Burgemeester, doch geen Secretaris, totdat hij in het voorjaar van 1681 gecommitteerd werd in de Admiraliteit van Zeeland, doch reeds 11 Sept. 1681 te Middelb. overl. en te Delft begraven werd.
Zijn verdienstelijke ‘eerste pennevrucht’ is: Beschryvinge der Stad Delft, Delft, 1667. De Delftsche uitgever Reinier Boitet kwam op het denkbeeld eener nieuwe uitgave, wist daartoe de belangstelling te winnen van ‘liefhebbers,’ vond onder deze ‘een ervaren kenner,’ en hieruit ontstond de foliant, in 1729 bij Boitet uitgegeven, die bij verkorting naar hem genoemd, weldra als zijn werk is beschouwd en later door minder geoefenden, als eene verbeterde en gezaghebbende stadsbeschrijving is aangemerkt.