Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 236] [p. 236] Dwaaltocht Boven de dampen, molmig, van het woud stijgt bittere ijle rook uit een ver dorp. Wildpaden slingeren zich verraderlijk dichtbij en verder af, wij zijn verdwaald. Blackwaterfever, bloedend rottend hout; bospadden brullend in de schemering struikel ik door lianen in vergeefs kampen om licht ter aarde neergestort. Ergens moet toch een open plek zijn, vuur hutten en mensen; plotseling de rivier, schuimend en breed, nadert de oerbosrand? Het bamboevlot ligt aan de overkant. Vorige Volgende