Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 211] [p. 211] Prauwvaart Onder koepels van loof, bladertakken overhangend van oevergeboomte, behendig pagaaiend, stoutmoedig langs klippen en rotsbanken glippend, fel zingend op ritme van trommen. Luid lachend met stuifwater, canyons; nijlpaarden ontmoeten, kaaimannen, paarsroepende vogels van boven en vis sluipdoor kruipende tussen het wortelhandspel der mangroven. Jammer jammer, de schoonste orchideeën gaan pijlsnel voorbij en de draaikolk helleketel zuigt razend stroomafwaarts, naar welk meer? Naar nooit meer, naar nooit meer. Vorige Volgende