Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 134] [p. 134] Vergeefse reis Het verste reist wie eenzaam is; ik ben vandaag zo ver gegaan, wie weet waarheen en waar vandaan, vertrokken met een groot gemis en aangekomen, naar het scheen, met minder dan mijzelf alleen. Was het damascus of madras of ergens diep in tibeth, was 't misschien ook nergens, en alleen ditzelfde huis in amstelveen, dezelfde stoel waarin ik zat, hetzelfde dorre tafelblad? Hoe ver men gaat 't verandert niet: alles keert tot zijn oud verdriet. O heimwee van de laatste trein en laatste lichtstreep snel verteerd: nooit zal een reis volmaakter zijn dan die waarvan men nimmer keert. Vorige Volgende