E. du Perron, E. du Perron-de Roos, en J. Greshoff
aan
Menno ter Braak
Brussel, 29 augustus 1932
[J.G.:] Beste Menno,
Kom je nog? Waarom zou je eigenlijk niet komen? Er is een bed bereid. Schrijf p.o. even.
[E.d.P.-d.R.:]Van mij krijg je zoo dadelijk uit de trein nog een epistel. Excuus bij voorbaat voor het schrift.
[E.d.P.:]Van mij ging vanmorgen een lange brief over Dumay uit Gistoux. Maar sindsdien bedacht ik wel 100 dingetjes, die ik je er nog over zeggen wou. Nu vertelt Jan me dat hij je te logeeren vroeg. Waarom zou je inderdaad niet komen? het hoeft je maar de reis te kosten; wschl. kan je ook nog een avond of zoo bij mij komen in Gistoux. We ‘deviseeren’ dan nog aangenaam over Dumay, etc.
Jan. Bep. Eddy
In Tienda bij de Beurs, Maandagmorgen 12 uur.
P.S. - Kunnen we er niet meteen een redactie vergadering van maken, terwijl ik nog hier ben? (tot 10 Sept.) Bouws komt dan ook over; en we vergaderen ditmaal bij Jan. Ik heb nog een hoop andere dingen met je te bespreken.
E.
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag