Thomas Mann gehuldigd
Het was voor een tot de laatste plaats bezette zaal dat gisteren Thomas Mann in Pulchri op initiatief van het Kunstenaarscentrum voor Geestelijke Weerbaarheid is ontvangen en toegesproken. De schrijver, die vergezeld was van zijn echtgenote, heeft gelegenheid gehad velen de hand te drukken, onder wie vertegenwoordigers van allerlei kunsten en talrijke intellectuelen. Wij zagen, ondanks de vacantie, vele schrijvers, toneelspelers en beeldende kunstenaars, die zich aan de heer en mevrouw Mann lieten voorstellen. Onder hen werden opgemerkt Constant van Wessem, Ben van Eysselstein, Corn. Veth, Jan Poortenaar, G. van Hulzen, Fenna de Meyier, Tony de Ridder, Dr H.H.E. van Gelder, Jan Musch, Paul Huf, J. van Elsäcker en vele anderen.
Het woord werd allereerst gevoerd door Dr G. Stuiveling, die de heer en mevrouw Mann en de aanwezigen een woord van welkom toeriep. Hij getuigde van de dankbaarheid die men in Nederland voelt voor de aanwezigheid in Europa van een figuur van dit formaat, die niet alleen een groot schrijver en Nobelprijsdrager is, maar meer: een symbool van een ander Duitsland en dus ook van een ander Europa. De Duitse geest, aldus spr., is niet in grenzen te vangen; hij is een wereldaangelegenheid, en wie hem vertegenwoordigt is een wereldburger. Daarom betreuren wij des te meer dat deze wereldburger niet tevens burger van zijn land kan zijn.
Strijdbaar humanisme, aldus besloot spr. zijn rede, is noodzakelijk; het is de enige weerbaarheid die ons redden kan van de ondergang.
Vervolgens werd, bij ontstentenis van Prof. Pos, die plotseling door ziekte verhinderd was, het woord gevoerd door Dr Menno ter Braak, die uitging van de uitspraak ‘Wo Begriffe fehlen, da stellt zur rechten Zeit ein Wort sich