Ed. Pelster
aan
Menno ter Braak (Amsterdam)
Parijs, 3 februari 1928
Paris 14me. 3 Februari 1928.
Beste Menno,
Dank voor je brief van 31 Jan.
Wat Nunspeet betreft zou ik je willen aanraden, dit te behandelen met mijn nobele plaatsvervangster te Amsterdam, daar ik er van hieruit toch niets aan doen kan.
Amersfoortsche Kunstkring. Prijs is goed. Wie krijgt dat geld? Of vast afschrijven op Miracles du cinéma? Dat zou ook een idee zijn. Je ziet wel dat dergelijke voorstellingen een goed gefundeerd bureau eigenlijk dringend noodig maken. Ook al in verband met het feit dat je me adviseert voor het tweede programma Rien que les heures aan te smeren. Want op zoo'n manier zou ik me zelf met de Liga nog gaan beconcurreeren en zoo een hongerdood en jammerend huishouden nog bespoedigen. 't lijkt jouw pessimisme wel!
Houdt je geldmenschen maar in Amsterdam en meld me alleen maar over welke bedragen ik beschikken kan, dat is ook goed!
Dank zij jou ben ik gisteren onmiddellijk naar de Sainte Chapelle gesneld en heb daar een wonderlijke kleurenemotie ondergaan. Afgezien van alle historie is dat geweldig! Juist omdat het je ineens overvalt als je een akelig wenteltrapje bent opgesloft! Ik was er nog nooit voor geweest, omdat ik in Parijs altijd zaken- en geen kunst-mensch zijn mocht! Echter hartelijk dank voor je advies!
Franken is woedend op je om er in Parijs geen ‘idee’ te vinden zou zijn! Je zult er wel wat over hooren. A bas les bourgeois!
Hartelijke groeten aan jou en alle bekenden en veel succes!
t.t.
Ed. Pelster
Origineel: Amsterdam, EYE Film Instituut Nederland