E. du Perron
aan
Menno ter Braak
Tjitjoeroeg, 14 juni 1937
Tjitjoeroeg; 8 Juni 1937.
Beste Menno,
Het is een gek gevoel, maar als we van elkaar waren ‘afgestorven’, zou't ongeveer zóó zijn. Sinds God weet
hoe lang hoorde ik niets meer van je, behalve voor dat eene dokument. Je hebt me daar een uitstekende dienst mee bewezen; maar de zaak is nog niet afgeloopen. De goede ‘Guido’ wil nu nl. niet meer genoemd worden; hij schijnt óók bang te zijn! Misschien denkt hij dat ik Multatuli ga vervalschen in dienst - althans in de lijn - van zijn broer, en wil hij òf daaraan niet meewerken (wat hem tot eer zou strekken) òf hij is gewoon bang voor de gevolgen. Ik zal zien hem tot betere gevoelens te brengen, misschien lukt het. Over 't dokument is hij nu tenminste gerust; ik ook! Dus nogmaals (je kreeg toch mijn dankbriefkaart uit Bali?) heel veel dank.
Verder schijnt er gewoon iets mis. Ik schrijf je daarom maar niet lang over ons zelf. We zijn sinds een dag of 10 van de reis terug. Bep zit nog steeds te examineeren in Bandoeng; ik ben bezig te zoeken naar een baan - alweer, ja - want er zijn alweer mogelijkheden. Landsarchief, want de archivaris is nu net terug van europeesch verlof, of bibliothecaris op het Dept. van Justitie, als dat lukt. (Niet te verwarren met B.B., dat is óók nog niet van de baan, maar dat was toch weer wat anders! O, 't is een fraaie bezigheid, dit solliciteeren met helpers.)
Maar nu even een lijstje practische dingen. Over ‘betere’ schrijf ik, zoodra ik een brief van je heb.
Dan 1o: Waarom zagen we nog steeds niets van onze ‘indische’ bijdragen in Het Vad., terwijl, volgens een briefje van Rudie van Lier, althans het eerste stuk van Bep toch al lang geplaatst moet zijn? En het latere stuk van Bep, en mijn 3 stukken over oudheden in West-Java? Wil je ons vooral van elk stuk twee exemplaren laten zenden?
2o. Wil je - dit niet vergeten! - mij nogmaals het stuk zenden dat je schreef over Bep Vuyk? Ik ben daarop gesteld en Bep is zoo slordig geweest het weg te maken. Ik heb het nl. naar Bandoeng doorgezonden.
3o. Waarom in Godsnaam zijn die ‘credentials’, zooals men ze hier noemt, nog steeds niet in ons bezit? Ik schreef je erom per luchtpost uit Djokdja, nu zeker een maand geleden en vroeg je dringend ze per luchtpost te zenden. Bep vond het al niet erg
aardig van je dat je er niet eerder werk van gemaakt had, want dan had ze niet zóó hoeven te praten met allerlei boot- en treinautoriteiten. Als ze nòg niet verzonden zijn, begrijp ik er niets meer van! Er hoeft alleen op te staan dat wij beiden vaste medewerkers zijn van Het Vad. - als Schilt ons niet ‘correspondent’ wil noemen (maar waarom zou hij niet?). Krijgen wij die papieren niet spoedig, dan moeten we hoopjes van het nu uitgespaarde reisgeld terugbetalen.
4o. Waar blijven de Multatuli-voorstellen van Gans Sr.? Als ik binnenkort die baan krijg, heb ik dat werk desnoods niet meer noodig (mooi hollandsch!), maar zoo niet, dan is 't nog altijd een uitkomst. Por je hem nog eens aan? Als ik extra-rekeningetjes krijg van Gille, soms over de 1000 francs, voel ik me wel katterig. En met het deel ‘praatjes’ hier, bij 't voorspiegelen van een ‘job’, zooals ze bij voorkeur zeggen, ben ik nu al goed vertrouwd.
5o. Als de crisis werkelijk overzwaait, kijk dan over een tijdje toch weer uit naar werk voor me. Blijf daarop letten. Hier voorgoed blijven, lijkt zoowel Bep als mij onmogelijk; over 3 jaar maximum hebben we toch onze portie gehad en zouden we - als Europa dan nog bestaat, ondanks alle hysterie - dààr ons weer wat mensch willen voelen. 't Is een manier van spreken, zal je zeggen.
6o. Dit voor 't doorgeven van die eene Bali-plaat (als je het pak ontvangen zult hebben): het adres van Bep's tante Simons is veranderd. Noteer dus het nieuwe: Wolkenkrabber, Daniel Willinkplein, Amsterdam. (ik wist niet dat Willink een voorvader had die verdiende door de gemeenschap als plein te worden vereeuwigd, maar je moet je vrienden wat vergeven.)
7o. Zou je Guido Douwes Dekker - adres Hoofdkantoor S.S., Bandoeng (Java) - een ex. willen zenden van je Multatuli art. in de V. Bl.? Hij is braaf, al is hij ook al ‘bang’. En hij zou er èrg blij mee zijn; dus als 't niet te veel gevraagd is...
8o. Wil je Jan vragen waarom ik de Mult.-bloemlezing van S.v. Praag (Pegasus!) niet krijg, terwijl die al zoo lang uit is? Of kan jij mij zelf een ex. sturen? Het stuk van Saks over 't ontslag
van Mult. is laag en stom, maar dat het in Gr. Ned. is komen te staan vind ik gewoon beneden alles. En dan nog wel in vervolgen! (iets wat voor andere dingen volstrekt niet mocht, volgens Jan). 't Is walgelijk.