Briefwisseling tussen Menno ter Braak en E. du Perron 1930-1940 (herziene editie)

E. du Perron
aan
Menno ter Braak

Parijs, 17 oktober 1935

Parijs, Donderdagavond.

Beste Menno,

Bep, gisteravond teruggekeerd, zei me dat je haar een artikel had willen meegeven maar dat zij (of jij) het vergeten had. Over de Landdag? Stuur het me alsjeblieft, met het gevraagde stuk van bolle Ton.

Dan: Gráág Huizinga. Kan je me niet een ex. bezorgen van de krant? H. zou je toch een ex. sturen? Anders graag te leen.

Dan: het art. van Halbo C. Kool over mij dat in het Cr. Bull. schijnt te hebben gestaan en dat ik niet zag. Misschien heb je dat nog? Wil je anders Mayer opbellen en hem vragen mij dat nr. te bezorgen (al is het wel jammer van het geld)?

Dan: schrijf me wat over de Vlamingen. Bep zei dat ze ± ruzie met elkaar gekregen hebben, maar hoe en wat is me niet duidelijk geworden.

Chiaromonte zei me dat hij een heel aardige brief van je had gekregen, maar hij zit op het oogenblik in allerlei moeilijkheden en hij wou er je behoorlijk op antwoorden.

Bep komt hier nog wat onderzetten, dus hartelijke groeten voor jullie 2 van je

E.

[E.d.P.-d.R.:] Ik had n.b. Ant moeten vragen hoe zij thee zet! Volgens Eddy is zij een van de twee Holl. vrouwen of vrouwen-ueberhaupt, die verrukkelijke thee maken. Hij was op het punt je het geheim te vragen en gaf het toen, bitter geworden in vier jaren huwelijk, als hopeloos op. Ik voor mij geloof trouwens dat het iets occults is, en op zijn minst een gave. Chiaro heeft brief gekregen, maar zit vol met rotwerk en is suf. Het was gezellig jullie te zien.

Bep.

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag