E. du Perron
aan
Menno ter Braak
Parijs, [7 november 1934]
Parijs, Woensdag
Beste Menno,
Hierbij ingesloten een rapport over het Congres door Last. Ik vind het sympathiek en raad je aan het in Januari te plaatsen met het stuk van Gans en mijn aanteekeningen. Dan hebben we ‘Nederland’ vol met deze aangelegenheid, maar dat lijkt me opperbest, vooral voor een nieuwe jaargang. Meer belangstelling voor de ‘groote tijdstroomingen’, etc.
Misschien inspireert het ensemble van Last (Stalinist), Gans (Trotskist) en Ikke (bourgeois) tot een inleidende bladzij ter verklaring.
Last, die erg krap zit ook, vraagt of hij voorschot kan krijgen op dit stuk. Kan je hem dat sturen zoodra het aangenomen is? Bv. fl. 25. - Zijn adres is:
Leimuidenstraat 331 Amsterdam West.
In haast, hartelijk je
E.
Daarnet je brief. Ik heb helaas van je artikel nog niets gezien! Wil je het mij nu direct laten sturen? - Wat je van Gans' en mijn stuk zegt lijkt mij minder goed dan mijn idee om een heel nr. (Nederland alleen) aan deze kwestie te wijden. Gans heeft dan bv. 25 blzn., Last 11, ik de rest. Maar... ook dàt gaat niet! want dan zou ik nog maar 4 blzn. hebben, en met het Panopt. nog niet eens. Zet dan Last en mij in Januari, en Gans in Februari, - alsof het stuk van Gans een antwoord op de 2 andere stukken was. Dat is het eig. ook; het ‘trotskistiesche’ wederwoord! En van jou een dialoog in Jan.
Ik sprak gisteravond Ernst Erich Noth, 25 jaar, heel aardig - véél aardiger, intelligenter en eigener dan Klausje. Klaus en Orient Express ontvangen; ik zal ze je terugsturen, maar mag ik nog wat wachten met lezen? Wil je me ook Sofie Blank sturen, waar Vestdijk zoo verrukt van is? (niet geheel ten rechte veronderstel ik) Hart. groeten,
je
E.
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag