Menno ter Braak
aan
E. du Perron
Rotterdam, 25 oktober 1933
R'dam, 25 Oct. '33
Beste Eddy
Ik kom juist terug van een bijeenkomst in Utrecht met Engelman en v. Wessem, over de V.Bl. - quaestie. Het resultaat is, dat ik me (als redacteur tenminste) uit de affaire heb teruggetrokken, ook al in verband met mijn bespreking met Zijlstra (z.b.), maar vooral, omdat E. van deze combinatie een soort particuliere zaak van hemzelf wilde maken. Hij zou n.b. uitmaken, wat er in kwam, en wij zouden ‘toe zien’! Nu, voor een dergelijk spel voel ik niets. Ik heb hem gezegd, dat hij, als Forum tenminste zou verdwijnen, op mijn medewerking kon rekenen en waarschijnlijk op het jouwe ook, maar niet op een schijn redacteurschap. E. heeft, geloof ik, een soort rare eerzucht op dit gebied, minder duidelijk weliswaar dan de goede Stan, die er bij zat te hunkeren naar zijn postje. Hij zit vol rancune nog, over Forum, lanceerde telkens een hatelijkheidje over dingen uit 1931, die ik werkelijk totaal vergeten was! Van het heele bestaan van Forum heeft hij niets gemerkt, dan dat het ‘onvoorzichtig was opgezet’ en te ‘eenzijdig’ natuurlijk. E. zag de verhoudingen reëeler, maar hij is toch ook niet vies van een klein pauselijk stoeltje. Onder het mom van de ‘noodcombinatie’ moeten wij achter het tweespan Engelman-v. Wessem aan, dat zie ik wel. Maar dan als red. in geen geval, en als medewerker in het uiterste geval! Het rook er weer echt naar litteratuur op zijn hollandsch; een Christus zag op mij neer, tegenover Hem zat Constant. Stukken, die al te polemisch waren, of het katholicisme aantastten, kon hij trouwens niet opnemen, zei Engelman nog. Er moest nu eindelijk eens een blad komen, dat door de boekhandelaren en de portefeuilles kon worden geaccepteerd.*
Nu Zijlstra. Ik sprak hem gisteren. Hij is blijkbaar erg in zijn wiek geschoten over onze nieuwe plannenmakerij, beklaagde zich zelfs over het feit, dat ik zijn cahierplan niet eerst overwogen
had. Enfin, kort en goed kwam zijn aanbod hier op neer: wij kunnen Forum behouden als driemaandelijksche publicatie van 80 pagina's. Secretariaat wordt afgeschaft, hon. van ƒ 3 blijft. Abonn. waarsch. ƒ 5 p.j. Wat denk je ervan? Eerlijk gezegd
(hoewel ik deze vorm als noodschot niet zoo dwaas vind) ben ik niet erg gerust op de contactmogelijkheid van zulk een publicatie met de lezers, en ik zou Zijlstra nog een ander idee aan de hand willen doen: maandelijks 32 pag. à ƒ 3 (ev. ƒ 2), verlaging van het abonn. tot ƒ 6 of ƒ 5. Mij dunkt, als we geen vervolgen opnemen, kunnen we het daarmee voorloopig stellen. Ik weet niet, of Z. daar voor voelt; maar ik heb gemerkt, dat hij ons op één of andere manier wil aanhouden en zal daarvan profiteeren. Schrijf mij nu omgaand, welke vorm jou de beste lijkt; vorm no. 1 is in ieder geval mogelijk. Ik zou dan Vestdijk dringend willen aanschrijven desnoods nominaal derde te worden in de redactie voor 1934.
Het plan Groot Nederland is m.i. nog wel erg onzeker! En dan: met Coenen in een redactie lijkt me ook niet erg leuk. Ik prefereer voortzetting van Forum, al houd ik Jan's plan achter de hand.
Panopt. over Buning heb ik doorgestuurd naar Bouws, met dringend verzoek, het nog in het Nov. nummer te werken. Als we nu in één of andere vorm doorgaan, gaat het grootsche doodsfestijn van Dec. natuurlijk zóó niet door. Dat vuurwerk zal dus maar geofferd moeten worden, al spijt het me een beetje. Byron heb ik besteld, toen ik hoorde, dat hij maar ƒ 4.50 kostte. Er stond geen bespreking van in de N.R.C., alleen een vermelding, met de bijvoeging dat de ‘bij uitstek deskundige’ E.d.P. (of zooiets) de verzen had uitgezocht. Ja, ik ben op het bezit ervan gesteld, speciaal omdat het jouw arrangement is (zooals ik misschien hoofdzakelijk op Napoleon gesteld ben ‘in het arrangement’ van Stendhal).
Je las zeker nu al de verheven critiek van Ritter. Ik besefte er nog eens flink door, hoe eenzaam wij hier wel staan; en ik vraag me af, wat zoo'n heer dan wel van den Politicus zal zeggen! Hoe vond je alleen al de klooterige wijze, waarop ‘het verhaaltje’ was nagebauwd! Zelfs in die navertelling tallooze stommiteiten en fouten. En de fooi over de ‘meesterlijke doorrijging’ met humor en ironie is ook niet slecht. - Zaterdagav. verschijnt Vic in de N.R.C. met zijn critiek, heeft hij me aangekondigd.
Die zal in ieder geval ‘aesthetischer’ zijn; ik ben vooral benieuwd, of hij op Max Donner reageert. (tusschen haakjes: Enny Binnendijk had haar man in dezen poëet herkend!)
Je rectificatie aan Het Vad. stel ik als gebaar zeer op prijs; maar in de gegeven omstandigheden lijkt het me aangewezen, om met tegenberichtgeving te wachten, tot de nieuwe plannen gedecideerd zijn.
Al dit litteraire gedoe is vervelend en liever zou ik je rustig antwoorden over de ‘onanie’ van het schrijven; maar ik ben doodop van het geklets en gereis en schrijf dit alleen zoo spoedig omdat er haast bij is. Ik hoop, dat je je nu al weer meer op streek voelt!
Over voorschot telefoneer ik morgen! hart. gr. 2 × 2 van je
Menno
* Formaat zou zijn: 32 pag. p. nr., ƒ 1 per pag. hon. Ook al kaal!
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag