E. du Perron
aan
Menno ter Braak
Bellevue, [20 maart 1933]
Bellevue, Maandag
Beste Menno,
Ik vind het pestilent dat je zoo de pest in hebt tegen het vak. Als het je te machtig wordt, moet je het ook maar probeeren met de ‘vrije baan’. Ga dan mee met ons naar Lissabon, of kom er bij ons, als wij er al zijn! Maar het slijt misschien wel weer, als De Zieke toch af is.
Benijd me maar niet; vanmorgen waren er weer pestbrieven. Enfin, ‘ook dit zal voorbijgaan’...
Heeft Ant dat boek nog aan Engelman gestuurd? Ik zou haar zelf graag iets anders geven. Als ze mij niet antwoordt, kan jij me dan niet verraden wat?
Het vers van Elsschot op Greshoff vind ik wel aardig, ofschoon wat faciel. Jan zelf zal het zeker best vinden, ondanks de wat kritische beschrijving van zijn mond.
Ik ga weer aan het werk. Maarten Godius is totaal veranderd en opgenomen in het ‘groote verband’. [Bladzijden tellend als jij, merk ik dat ik vandaag - nu Godius er bij opgenomen is, over een ms. van 140 blzn. beschik!]
Hartelijke groeten, je
E.
P.S. - Die Coster-historie is vervelend. Ik heb de exx. op Japansch nog steeds niet, maar zal er haast mee maken, zoodra ik ze hier heb. De 5 overblijvende exx. op Japansch moet je voor fl. 10,- verkoopen aan:
1. | Wim ter Braak (dat doet hij dan maar inpl. van wat hij zou hebben gedaan). |
2. | Flaes-Terborgh (via Bouws) |
3. | Dr. met Fransche naam, die het zoo mooi vond. |
4. | Dominé Faber (met het oog op het gekrakkeel in de Kamer) |
5. | Ruth of Heer van Ruth (Boaz de Marez Oyens, niet te verwarren met Boaz-Bouws). |
Geef me in elk geval op wat je bereikt, omdat ik misschien zelf nog het een of ander doen kan. De verkooperij door Van Kampen blijkt geen succes te zijn! Ligt het aan Coster of aan ‘den tijd’?
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag