Menno ter Braak
aan
H.A. Gomperts
Den Haag, 27 april 1939
Den Haag, 27.IV.'39
B.G.
Ik respecteer ieder bezwaar tegen publicatie; wanneer er meer bezwaren bestonden, in het algemeen, zou mijn werk aan Het Vad. b.v. veel draaglijker zijn. Zelf heb ik langzamerhand tegenover het gedrukte de noodige schaamteloosheid verworven, maar dat is geen argument, alleen een bewijs, hoe iemand langzaam maar zeker door het mechanisme van de publiciteit van zijn oorspronkelijke pudeur kan vervreemden. Overigens is een dergelijke ontwikkeling in onze samenleving onvermijdelijk, gezien de plaats, die de drukletter erin beslaat, en ik zal geen pogingen doen mijn pudeur te herkrijgen. Dat is al een physiologische onmogelijkheid.
Ik hoop, met dat al, je je bezwaren toch uit het hoofd te praten, want dit debuut is werkelijk verrassend en rijk gevarieerd. Tijdens mijn verblijf in Brussel een paar dagen geleden was ik zoo vrij Greshoff een kijkje in deze papieren te gunnen; hij is een ‘beroepsdichter’ (en toch een geschikt man) maar zijn oordeel was zoo mogelijk nog gunstiger dan het mijne (zelfs overdreef hij direct, (sicut suus est mos). Maar ik kom waarschijnlijk binnenkort naar Amsterdam en waarschuw je dan; verdere argumenten voor publicatie mondeling.
hart.gr. van ons beiden
je M.tB.
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum