Bulthuis, Rico
Rico Johannes Bulthuis, Nederlands prozaschrijver (Den Haag
27.8.1911). Volgde nijverheids- en tekenonderwijs, werd reclamedeskundige en was
portretfotograaf. Werkte mee aan een cabaretgroep en schreef een bekroond filmscenario. Na een
verblijf in Denemarken werd hij parlementair documentator van het hoofdbestuur van de PTT.
Tijdens WO II schreef hij novellen, sprookjes en grotesken. Daarvoor had hij vooral voor het
marionettentheater geschreven en daaraan ook zelf meegewerkt. Hierover publiceerde hij in 1948
Poppentheater, met een beknopte geschiedenis van deze theatervorm. Na WO II
was Bulthuis recensent en kunstredacteur van de Haagsche Courant.
In 1940 verschenen zijn fantastische vertellingen onder de titel Het glazen masker en
in 1946 zijn eerste roman, Fred Fernandes keert terug. De roman Het andere
verleden (1947), over een man die onder psychische spanningen zijn geheugen verliest, werd
in 1963 verfilmd onder de titel De vergeten medeminnaar met Henk van Ulsen in de hoofdrol.
Veel belangstelling trok ook de ‘fantastische roman’ De schim van Joyce
Herfst (1948). Bulthuis' romans kan men het best karakteriseren als psychologische thrillers.
In het verlengde daarvan is het dan ook te verwachten dat hij detectives schreef: De misdaad
van Richard Ros (1950), De klokkenmaker van Budapest (1952), De
kat kwam weer (1953) en Het maagdenspel (1964).
Voorts schreef Bulthuis over astrologie en bewerkte hij werk van André Barbault over dit
onderwerp voor de Sterrenspiegelreeks. Over Siegfried E. van Praag en Johan Fabricius schreef hij
biografische monografieën. In De dagen na donderdag (1975) schetst hij een
indrukwekkend beeld van de crisisjaren tussen 1930 en 1940 op grond van zijn eigen ervaringen.
Literatuur: WP-lexicon; Ab Visser, ‘Geen geld en toch geen zorgen’, in:
Tegendraads (1985) p. 88-92; M. Janssen Reinen, ‘Crisisbruin’, interview in: Iambe 7
(1987-1988) 28, p. 33-36; H. Bollebakker. Rico Bulthuis, poppenspeler en letterkundige
(1993).
G.J. van Bork
[aangevuld, februari 2002]