Walgrave, Aloïs
Vlaams dichter en prozaschrijver (Gent 9.2.1876-Brugge
28.2.1930). Volgde thomistische wijsbegeerte en klassieke filologie te Leuven
en aan het groot seminarie te Mechelen. Was vanaf 1920 pastoor te
Vollezele.
Hij probeerde het bijbeldrama te renoveren en was vooral
bekend als dichter van religieuze en natuurpoëzie in de trant van Gezelle,
voor wie hij een grote bewondering koesterde. Zijn studie Gedichtengroei
(1914) en Het leven van Guido Gezelle, Vlaamschen priester en dichter (2
dln., 1923-1924), nog steeds de meest betrouwbare en gedetailleerde
Gezellebiografie, getuigen daarvan.
Walgrave was medewerker van de bladen Dietsche Warande
& Belfort en Jong Dietschland.