Valentijn, François
Noordnederlands prozaschrijver (Dordrecht
17.4.1666-'s-Gravenhage 6.8.1727). Vertrok in 1685 naar Nederlands-Indië
waar hij op Oost-Java, maar vooral op Ambon, werkte als predikant en
bijbelvertaler. Verzamelde tijdens zijn verblijf aldaar een schat aan gegevens
- hoofdzakelijk gebaseerd op schriftelijke en mondelinge bronnen maar ook op
eigen waarneming - betreffende de talrijke gebieden waar de Verenigde
Oostindische Compagnie invloed had verworven. Na zijn definitieve terugkeer in
Nederland werkte hij vanaf 1714 zijn materiaal uit tot een reusachtig
encyclopedisch werk: Oud en Nieuw Oost-Indiën vervattende een
naaukeurige en uitvoerige verhandelinge van Nederlands mogentheyd in die
gewesten (1724-1726). Nadat dit compilatiewerk gedurende meer dan een eeuw
als een standaardwerk had gegolden, werd het o.a. om zijn hybridische en
onevenwichtige structuur ernstig gekritiseerd. Valentijn had echter een
uitgesproken literair talent dat vooral blijkt uit die gedeelten waar hij
uitgaat van zijn eigen waarnemingen en ervaringen. Zeer levendig en boeiend
geschreven is bijv. zijn in Oud en Nieuw Oost-Indiën opgenomen
journaal van zijn eerste en tweede `uijt- en thuijsreize' waarvan in 1881 een
aparte uitgave verscheen.