Literatuur:
M. Ramondt, K.e.E. oorspronkelijk? (1917); G.G. Kloeke, in
Tijdschr. Nederl. Taal- en Letterk., 66 (1949); H.W.J. Kroes, in
Idem (1951); M. Ramondt, in Idem, 69 (1952); M.C. v.d. Toorn,
`Germaanse elementen in K.e.E.', in Levende Talen (1957); A.M.
Duinhoven, in Spiegel der Letteren, 13 (1971); Idem, in Idem, 15
(1973); M.C.A. Brongers, in Nieuwe Taalgids, 65 (1972); K. Heeroma, in
Tijdschr. Nederl. Taal- en Letterk., 89 (1973); A. Kerkckhoffs, in
Nieuwe Taalgids, 66 (1973); E. Rombauts, in Spiegel der Letteren,
21 (1979); Idem, in Idem, 22 (1980); Idem, in Idem, 23 (1981); B.
Besamusca, Repertorium van de Middelnederlandse Karelepiek. Een overzicht en
beschrijving van de overgeleverde bronnen, zowel de handschriftelijke als de
gedrukte (1983).
[J.J. Mak en J. Reynaert]