Antonides van der Goes, Joannes
Eig. Jan Antonisz., Noordnederlands dichter (Goes
3.5.1647-Rotterdam 18.9.1684). Studeerde in Amsterdam voor apotheker, maar
wijdde zich zeer jong aan de poëzie, getuige zijn treurspel Trazil of
overrompelt Sina (1666). Door dit werk raakte hij bevriend met de bijna 60
jaar oudere Vondel, die bewondering had voor zijn barok talent. Van 1669 tot
1671 was hij lid van het classicistische genootschap Nil Volentibus Arduum.
Vanwege de kritiek op Vondel en om de betutteling van zijn De Ystroom
verliet hij het genootschap. Later zou hij zich o.a. in zijn Marsyas
(1677/1678) fel tegen Nil Volentibus Arduum keren.
Zijn hoofdwerk, De Ystroom (1671), is een lofzang
in vier boeken op Amsterdam en het IJ; het bevat bekoorlijk geschetste
taferelen in tamelijk realistische trant, maar ook lange pasages van overdadige
retoriek, waarbij vier gravures van Romeijn de Hooghe een passende illustratie
vormen. Na dit stroomgedicht schreef hij voornamelijk nog wat
gelegenheidspoëzie, hoewel hij in later jaren plannen had voor een episch
gedicht gewijd aan de apostel Paulus.
Met steun van een bewonderaar kon Antonides van der Goes
te Utrecht, na het vertrek van de Franse troepen, medicijnen studeren; hij
promoveerde er in 1674. Daarna vestigde hij zich te Rotterdam, dankzij die
zelfde bewonderaar verbonden aan de admiraliteit op de Maze.