Zangen van hoop(1919)–S. Bonn– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] Gij kunt getuigen Gij kunt getuigen, liefste kameraden, dat ik mijn tijd met jammer heb gedragen dat 'k krimpte, kreunde, van de stâge plagen en toch nimmer en nooit het leven heb verraden. Maar eene smart is mij te zwaar te dragen, het nieuwe kruis dat 'k tors in enkelheid: zooals 'n beest zocht ik van kindschen tijd mijn voedsel en mijn stal, en vond niet, vele dagen. Nu is de zegen van de Eeuwigheid die 'k vond in u voor altijd mij genomen het zoeken, niet om u meer, doet zoo wee! Gij hebt zoo teeder lieflijk mij geleid wie volgde u niet, zonne! zonder schromen? enkel de plagen gaan nu met mij mee. Vorige Volgende