15 twee- en driestemmige liedjes, in noten- en cijferschrift (Chevé-methode)(1895)–E.J. Boneschanscher– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 8] [p. 8] 5. Het ongehoorzame Knaapje. Matig. E.J. Boneschanscher. 1. Een klei - ne knaap dwaal-de on - ver- zeld Op ee - nen Za - ter - dag door 2. ‘'t Is waar, mijn va ver - bood het mij, Maar bes - jes zijn zoo'n lek - ker- 3. In 't bosch ge - ko - men, at hij ras Zoo - veel, dat hij ver - za - digd 4. Ach, nauw' - lijks kon hij huis - waarts gaan En wel - dra kwam zijn sterf - uur [pagina 9] [p. 9] 1. 't veld; ‘Kom,’ dacht hij, ‘ik ga stil naar 't bosch, Daar han-gen bes - sen, tros bij tros.’ 2. nij; Ver - gif - tig zijn ze niet, o neen! Ik spring er dus maar flus - jes heen.’ 3. was; Maar spoe-dig werd hij on - ge steld En door be - rouw en pijn ge - kweld. 4. slaan; Zoo had door on - ge - hoor - zaam- heid Hij zich een' vroe-gen dood be - reid. Vorige Volgende