Zaterdag 21 juli
Met de tgv naar Marseille om Desmond Rice op te zoeken. Hij is nu 77 jaar en ziet daar ook naar uit. Wil liever niet autorijden en haalde mij van het station af met Franse vriendin. Woont vlak bij de kust in een charmant oud huis met Soozie, een Britse met een ingewikkelde achtergrond die meende dat er een taal was die Belgisch heette. Desmond schrijft romans. Ook een boek over het doen zinken van de Belgrano (ex-De Ruyter) door de Britse marine. Hij heeft geen contact onderhouden met de mensen uit Centraal-Amerika en wil slechts nog Gerry Tatham ontmoeten. Zal hem diens adres schrijven. Na San Salvador werd hij hoofd van het Buenos Aires Regional Centre en is toen naar Den Haag gegaan, waar hij marketing coördinator Europa is geworden. In 1976 heeft Glimmerveen hem ontslagen. Hij is toen gaan werken voor de Kuwait Oil Company (drie jaar) en vervolgens Arabisch gaan studeren aan de American University in Cairo (ook drie jaar). Daarna romans geschreven. Heb er destijds twee van gelezen, een over Laos, de ander over Venezuela. Die waren aardig. We hebben in de (zeer koude) zee gezwommen en zijn naar de markt gegaan. Dat was leuk. De Provence heeft iets heel charmants. Doet sterk denken aan Maurice Pagnol.