De brieven van J.C. Bloem aan Aart van der Leeuw
(1979)–J.C. Bloem– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 169]
| |
94St. Nicolaasga 19 Januari 1930
Beste Aart Hartelijk dank voor je overdrukje met het stuk over Traherne, dat ik echter al - en met veel genoegen - gelezen had, want ik heb mij maar op Leiding geabonneerd. Het interesseerde mij natuurlijk zeer en ik sta hier zoo buiten alles, dat ik meende, dit maar te moeten doen. Langer dan een jaar zal het trouwens wel niet bestaan, denk ik. Ik vond de eerste aflevering heel interessant, maar veel te zwaar (ik bedoel niet voor het groote publiek, want dat leest het toch niet en dat geeft ook niets, want daar is het niet voor opgericht, maar) zelfs voor den werkelijk belangstellende en benullige.Ga naar voetnoot340 Niet alleen, dat ik je stukje zelf met veel genoegen las, zooals vrijwel alles wat je zoo vruchtbare pen ontstroomt, maar de figuur van Traherne is mij uiterst sympathiek.Ga naar voetnoot341 Je inzicht in mij is, ik wil niet zeggen onjuist, maar sterk eenzijdig. Er is een heele kant aan het leven, waarvoor ik misschien het meest van alles voel, juist | |
[pagina 170]
| |
omdat ik van aard zoo niet ben, maar zou willen zijn (en dus diep in mijn hart toch ook weer gedeeltelijk ben.) Aan Mary Webb ben ik nog niet begonnen. Wij zijn in het begin van deze maand een weekje in Rotterdam geweest en ik heb het, ook daardoor, onbeschrijflijk druk op het anders meest zoo vredige kantongerecht. Ik heb het boek juist zooeven eens ingekeken, door jouw brief aangespoord. Het vertalen lijkt mij toch wel te zullen meevallen (d.w.z. binnen zekere grenzen, want ik stel voorop, dat het natuurlijk zeer moeilijk is); Claartje, die het boek gelezen heeft, zei mij dit ook al. Ik heb, via de W.B. en een Engelsch boekenexporteur, van den literary executor van M.W. (ik vermoed, dat dit haar man is) het aanbod gekregen om mij met alle eventueele moeilijkheden te helpen, dat is dus een goed ding. Ik dacht (d.w.z. Van Suchtelen dacht,) dat P.B. het eenige boek van M.W. was, maar ik merk nu, dat dit niet zoo is.Ga naar voetnoot342 Een vluchtige - en misschien totaal onjuiste - indruk heeft zij niet wat van Hardy?Ga naar voetnoot343 - Ik zal het zeker niet in een Hollandsch dialect gaan vertalen: al zou ik er een kennen (wat niet het geval is), dan nog vind ik dit principieel volkomen verkeerd. Misschien een enkel archaisme of rusticisme (maar nog vooral zeer sober), daar zal het bij blijven. Hoe maken jelui het? Zoodra ik weer eens in den Haag ben kom ik je opzoeken, met vrouw en kind, onaangekondigd (anders schrijf je me af) en zonder mij door wie(n) ook de deur te laten wijzen. Begin dus maar alvast te beven. En geloof mij inmiddels, met heel veel hartelijks, ook voor Toos en Joh en van Claartje,
steeds je Jacques |
|