Galante dichtluimen(1780)–Willem Bilderdijk, Hendrik Riemsnijder– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 65] [p. 65] De liefde is vrij. Dwang is een last; last baart verdriet; Verdriet bestaat met Liefde niet. De lieve Liefde is vrij; zij haat de strenge banden, Waaraan belang of pligt, door gierigheid of magt, Het hart te kluist'ren tragt; Zij eischt niet anders, dan vrijwillige offerhanden. 't Gareel, waarin haar' zagte hand Twee teed're harten spant, Is slegts van bloemen t'zaam geweeven. Vrij, vrolijk, vergenoegt te leeven, Den wederzijdschen gloed bestendig voedsel geeven, [pagina 66] [p. 66] Geen' kwellende argwaan voên, eendragtig zijn van zin: Zie daar de wetten van de Min. De Liefde ontvlugt, zoo draa men d'invloed deezer wetten Door wreev'le norsheid wil beletten; Zoo draa zij merkt, dat dwang haar dreigt. En ééns ontvloden, kan geen magt haar weêr doen keeren, Zelfs geen berouw maakt haar op nieuws geneigt: Men moet alsdan de Liefde altoos ontbeeren. Dus als men zig aan 't voorwerp, dat men mint, Met onverbreekb're banden bind, [pagina 67] [p. 67] Staat veeltijds 't lastig lot te wagten, Dat men slegts om een paar vermaakelijke nagten, Al d'overigen Leevenstijd In onrust en verveeling slijt. Vorige Volgende