Geschiedenis des vaderlands. Deel 13 (tweede stuk)

Z.

Zaal (Groote) van 't Hof, gebouwd door Graaf (Kon.) Willem II. II. 154. - De groote Vergadering aldaar gehouden, 1651. IX. 39, 46.

Zaanden (Simon van), te Haarlem, omgebracht in 1377. III. 210.

Zacharias (Paus). Neemt toevlucht tot Pepijn, 753, 755. I. 94.

Zachtzinnigheid (!) der Remonstranten. VIII. 189 v.

Zaliger (Jan), lastig Luthersch Predikant te Woerden, 1580. VII. 19.

Zalland, betwist tusschen Utrecht en Gelderland. II. 118 v.

Zalm. Z. op S.

‘Zamenspraken in het rijk der Dooden’ (door M. Temminck, en anderen). XI. 252 v., 256-258. XII. 130 v., 143.

Zandvoortsche schenddaad. VIII. 109. IX. 302 v., XI. 181.

Zassing. Z. Sassenaar.

Zee (Vrijheid der). VIII. 138, 241-245 (enz.).

Zeegevecht. Z. Zeeslag.

Zeeland. Deszelfs naam. I. 257. XIII. 194 v. - Oude grenzen. I. 256 enz. - Betrekking tot Vlaanderen. 257. en tot Holland. 257-260. - Geschillen sedert het jaar 988 over Zeeland, vooral Wester-Zeeland, tusschen Vlaan-

[p. 210]

deren, Henegouwen en Holland (en successive leen-uitgiften). 261-281. II. 17 v., 34, 58-60, 65-67, 131-148 (335), 159-164, 176 v., 202-222, 271, 284. III. 71-78. - voor goed beslecht, 1323. 80-84. - (Waarom zoo weinig Edelen aldaar. III. 61.) - Zeeland heeft moeite om Filip II te laten varen. VII. 31. - Verzet zich tegen de opdracht der Graaflijkheid aan Willem I. 73 v. - Verrijkt zich, gedurende het Bestand, door bedijkingen. VIII. 95. - Zeeland's gedrag aangaande den vrede met Spanje, 153, 164, 167. - Z. nooit recht Oranje-gezind; maar toch veelal anti-Hollandsch. 164 aant. - Z's gedrag gedurende de minderjarigheid van Willem III. IX. 35 v., 60, 82, 93, 101, 190. - na zijne verheffing. X. 12, 36, 60, 103. Z. nog XIII. 195, 197.

Zeelander, ongenoemd Jansenistisch schrijver. XI. 229.

Zeemacht (Vermeerdering van Land- of). XII. 37 v.

Zeend-rechten. Z. Seend-rechten.

Zeeslagen of gevechten - bij Zierikzee, 1304. III. 52-58. - bij Duins. VIII. 145 v., 245. - in den eersten Engelschen oorlog. IX. 54, 56, 64 v., 66 v. - in de Noordsche twisten. 99. - in den tweeden Engelschen oorlog, 1665, 1666. 152, 156, 167. - in den derden, 1672 enz. 213, 215. X. 49, 50, 51. - tegen Frankrijk, bij Bevesier, 1690. 159 v. - bij Kaap la Hogue, 1692. 164. - tegen de Engelschen, op Doggersbank, 1781. Z. op D. - in September 1797. XII. 106^(*).

Zelfverdediging. VIII. 233.

‘Zes Hollandsche Steden’; voor Maurits, tegen Barneveld. VIII. 36, 37 v.

Zevenbergen. Z. op S.

Zevengetal. IX. 131, 264. - Zeventallen van jaren voor Holland. III. 124 v.

Zierikzee. Door de Vlamingen belegerd: door een scheepsstrijd ontzet. III. 48-58. - Staat op tegen Gravin Margareta. Tweemaal bedwongen door Willem (V). 171, 174. - Ingenomen door de Watergeuzen. VI. 133.

(*) Eenige andere, vroegere en latere, moge men bij wagenaar en het Vervolg op hem, naar de aanwijzing op hunne Bladwijzers, nagaan. Z. mijne aanteckening bij Veldslagen, bl. 183.

[p. 211]

Ziegfried. Z. Siegfried.

Zilvervloot genomen. VIII. 105, 113 v. IX. 303 v. - Nadeelig voor de W.I. Comp. en voor het land. ald. en XI. 23.

Zoelen (van), Oud-Burgemeester te Rotterdam. IX. 228.

Zoete (Joost de). Z. Heer van Villers.

Zoete (de), Hollandseh Admiraal onder Maurits. VII. 202 v., 204. en onder Fredrik Hendrik. VIII. 106.

Zondag, Geschilpunt tusschen de Voetianen en Coccejanen. IX. 133.

Zonneleen. I. 329.

Zonnemans, Vroedschap te Rotterdam, 1672. IX. 229.

Zoon. Z. Oir.

Zoopjes-request (in den Haag). XII. 59.

Zoutman, Admiraal. Zie Doggersbank.

Zozimus, Paus. Veroordeelt Pelagius en de Nestorianen, 431. VIII. 178.

Zuidelijke Nederlanden. Gevolgen van dezer afscheiding van de Noordelijke onder Filip II. XIII. 6-8. - Van de wedervereeniging in 1814. 8.

Zuideras (Heeckeren van). XII. 335.

Zuiderzee. I. 22.

Zuidhardeshage (d.i. Hillegommer-beek). I. 174, 178, 341

Zuidhollandsche Waard (Doorbraak van den). IV. 86 v.

Zuilestein. Z. straks, Zuylestein.

Zuimen. I. 107.

Zulpich. Z. Tolbiac.

Zuniga. Z. Requesens. (Z. ook VI. 13.)

Zutfen (Graafschap). Hoe met Gelderland vereenigd. I. 238.

Zutfen (Stad), ingenomen en mishandeld door Fredrik d'Alva. VI. 153.

Zuylen (J. van) van Nyvelt, Hoofdschout te Rotterdam in 1690. X. 345 v.

Zuylestein (Heer van), verwijderd van Willem III. IX. 164.

Zwaard-leenen, zwaard-magen. I. 311.

[p. 212]

Zwabisch Verbond, 1478 enz. IV. 282 v.

Zwadenburgerdam. II. 55.

Zwammerdam in December 1672. Z. Bodegraven.

Zwarte Margriet. Z. Margareta, Gravin van Vlaanderen. -

Zwarte Vliegen (de Dominees). III. 166.

Zwarte hoop (eerst, Guarde). V. 11, 14.

Zwarte kleederen. V. 180. VI. 302. IX. 298.

Zwarte Water. (Geschil over een tol aldaar.) V. 32.

Zweden. Geschil met dat rijk. VIII. 170. - Betrekkingen met hetzelve onder J. de Witt. IX. 75, 97-99, 151, 162, 174, 183, 196, 210. - Onder Willem III. X. 46, 52, 58, 61, 64, 68, 89, 160, 176. - Onder Russischen invloed in de 18^de eeuw. XI. 86.

Zwendi. Z. Schwendius.

Zwieten (Jhr. Adr. van). Neemt Oudewater en Gouda in voor Willem I, 1572. VI. 133.

Zwinglius, Hervormer in Zwitserland. V. 81.

Zwol. V. 32. (Zie Zwarte Water). - Gevecht tusschen de Spaansch- en Staatsgezinden aldaar. VII. 24.

Zwyndrecht (L. van), Vrijcorps-Luitenant te Rotterdam. XII. 60 v.

Zijdeweverij hier te lande vervallen. XI. 158.

Zijl (Slot te), vernield door Jan van Beieren. IV. 73.