De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9
(1858)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 248]
| |
Prins Willem de Derde.Ga naar voetnoot*U roemt geens stervlings mond, Bevrijder van Euroop,
Van 't eerste luchtgegolf dat in uw boezem sloop,
Van d'eersten straal van licht waarop uw oog mocht staren,
Mishandeld en verdrukt door aartsgeweldenaren!
Vergeefs beschreide 't Volk met toegenepen strot
Zijn vrijheid en zijn recht in 't u beschoren lot,
En vloekte 't addrennest, uit Loevestein gekropen
Om Land en Staat en Kerk in d' Unieband te slopen;
De woede en wraakzucht holde en 't toomeloost geweld
Hield de oppermacht des Leeuws in wolvenklaauw gekneld,
Maar de Almacht sprak - 't was uit, de moedwil sloeg aan 't beven.
't Verraad stond op; de moord maakte aanslag op uw leven;
Doch vruchtloos: 't is God-zelf wiens beuklaar u behoedt;
Geheel de Christenheid is vrij door uwen moed;
Ons Vaderland herrijst in nooit gekenden luister,
En England dankt aan u het breken van zijn kluister;
De Gal verzinkt in smaad, verachting, machtloosheid;
En de eeuw verschijnt niet weêr die niet uw dood beschreit.
ô Willem, eindloos meer dan Staatsman, Vorst, of Krijger,
Wiens boezem Maurits paarde aan d' onvolprezen Zwijger!
ô Keere uw geest te rug! Uw wijsheid en uw zwaard
Vereenigd, anders niets, behoudt de schokkende aard!
1822
|
|