Gedichten voor kinderen(1838)–Katharina Wilhelmina Bilderdijk-Schweickhardt– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 3] [p. 3] Gebed. ô God, die nooit uw Kind vergeet, Maar 't lief hebt als een Vader, Duld dat ik met een dankbaar hart, U met mijn bede nader! Ofschoon het oog U nimmer ziet, Toch zijt Gy in ons midden, Wanneer wy, met oprecht gemoed, Vertrouwend tot U bidden. ô God, wat is uw liefde groot! Gy riept my in het leven; En alles wat ik dierbaar heb, Is my door U gegeven. [pagina 4] [p. 4] En meer nog hebt Ge uw kind beloofd Dan al wat de aard kan schenken. Ach laat my, elken dag die rijst, Aan die beloften denken! In 't wel betrachten van uw woord Is 't waar geluk gelegen: ô Geef dat ik niets anders zoek Dan dees U hoogsten zegen! Vorige Volgende