emeritus geworden, overleed hij te Leiden den 23en Nov. 1901, en werd aldaar begraven op het kerkhof aan de Groenesteeg. Dr. Hagen was in den kring zijner geestverwanten een bekend man, geliefd als prediker en hartelijk vriend. Te Leiden was hij aanvankelijk omringd door een uitgelezen staf van vrijzinnige predikanten, mannen als Laurillard, van Gorkom, Scheffer, Knappert, Koopmans van Boekeren. Na den dood van dezen laatste was hij er de eenige predikant zijner richting in de Ned. Herv. Gemeente. Beginselstrijd bleef hem niet gespaard. Tal van functies zijn te Leiden door hem vervuld: vele jaren was hij voorzitter van de Ned. Gustaaf-Adolf-Vereeniging, van de Evang. Maatschappij, van de plaatselijke afdeeling der Maatschappij van weldadigheid, de Maatsch. v. Toonkunst, van schoolkindervoeding, van de vereeniging tot bevordering van geregeld schoolbezoek, enz. enz. Ook was hij lid en bestuurder der Maatsch. v. Ned. Letterkunde. Als predikant behartigde hij de geestelijke belangen der verpleegden van het Invalidenhuis en van de Rijkswerkinrichting.
Hij huwde den 25en Sept. met Susanna Philippine Antoinette Krantz (overl. 26 Mei 1895) en liet bij zijn overlijden negen kinderen na, van welke een zoon predikant is te 's Hertogenbosch.
Hij was Ridder in de Orde van den Witten Valk van Saksen-Weimar-Eisenach, van die van Adolph van Nassau en van die van Oranje-Nassau.
Van hem bestaat een photogr. portret.
Met G. van Gorkom, R. Koopmans v. Boekeren en W. Scheffer vormde hij de oorspronkelijke redactie (1866-1867) van het tijdschrift Los en Vast.
Zijne geschriften zijn:
Disquisitio historico-dogmatica inauguralis de Dogmate Immaculatae conceptionis Mariae. Traj. ad Rh. 1856. post 8o. - [Met Dr. W. Scheffer e.a.]. Godsdienstonderwijs voor meer ontwikkelden. 3de dr. Leiden, 1887. - Een bede uit Indië. Toespr. geh. op de Alg. Vergad. v.h. Ned. Zend. Gen. 21 Juli 1875 in de Gr. Kerk te Rotterdam. Leiden. 1875. post 8o. - [Met and.] Korte Leiddraad bij het Godsdienstonderwijs. Leiden. 1884. - Levensbericht v. August Mattheus Lodewijk Rümke, in Letterk. Lb. 1886, blz. 193-197. - Blijft in de liefde. Toespr. aan nieuwe leden der gem. en afscheidswoord uitgespr. in de Pieterskerk te Leiden, 11 April 1897. Leiden, 1897. post 8o. - Herdenking van een heilige ure, voor leden der gemeente. 2de dr. Amst. 1898. kl. 8o. - Het Woord Gods blijft in eeuwigheid. Toespr. bij de herdenking v. mijne 40jarig. Ev. bediening. (Uitg. t. voord. v.h. wijkgeb. ‘Geloof, hoop en liefde’ te Leiden). Leiden. 1896. gr. 8o. - Mijne verhouding tot de vrijzinnige Hervormden te Leiden. Leiden, 1899. gr. 8o. |
Litteratuur: Alb. Stud. Rh.-Traj., k. 283. - Rullmann, De Doleantie, blz. 116. - v. Doorninck, Verm. en Naaml. Schr. II, kl. 361.