[Jhr. Dirk Petrus Marius Graswinckel]
GRASWINCKEL (Jhr. Dirk Petrus Marius), geboren 2 April 1836 te Utrecht als zoon van Herman Barthout Graswinckel en Caroline Louisa Charlotte Dorothea Abresch, liet zich op 4 Mei 1854 te Leiden als student inschrijven en werd in 1860 candidaat bij het Provinciaal kerkbestuur van Noord-Brabant en Limburg. Hij deed den 3en Maart 1861 intrede te Zalk, diende daarna de gemeente Zierikzee (1868-1871) en was vervolgens werkzaam te Amersfoort tot zijn emeritaat, dat op 15 April 1901 inging. Als emeritus woonde hij te Utrecht, was nog eenige jaren notabel bij de Ned. Herv. gemeente en overleed aldaar den 15en November 1913. Hij was ridder in de orde van Oranje-Nassau en op 30 Januari 1861 gehuwd met Augustine Ernestine Frederica List.
Dr. A.F.H. Blaauw spreekt in zijn rede ter opening van de voorjaarsvergadering der Evangelische vereeniging (2 en 3 Juni 1914) van Graswinckel als ‘die begaafde en bezielende persoonlijkheid.’ Groot was de toewijding, waarmee hij zijn ambt bekleedde en ‘geen geleerde, heeft hij toch immer met bijzondere belangstelling de vragen van den dag en de ontwikkeling der wetenschap gevolgd’ (Van Popta). Dit alles heeft hij bewezen in verschillende geschriften en in een aantal artikelen door hem, daar hij de Evangelische richting was toegedaan, geplaatst in het tijdschrift Geloof en Vrijheid.
Van zijn hand is afzonderlijk in druk verschenen: De roeping van de Christelijke, inzonderheid van de Protestantsche kerk, in zake het godsdienstonderwijs (Rott. 1867); Gedachten over ons gevangeniswezen (Zierikzee 1871); 1572-1872. Neêrlands vrijheid, eene gave Gods (Amersf. 1872); Open brief aan het bestuur van het anti-schoolwetverbond (Amersf. 1873); Hebt gij geloof? De groote vraag van Jezus, door onzen tijd beantwoord (Amersf. 1876); Jezus Christus, de grondslag van den Godstempel. Toespraak bij gelegenheid van zijn 25jarige Evangeliebediening (Amersf. 1886); Vroegere en hedendaagsche oorlogen (1895); Twee toespraken bij gelegenheid van de inhuldiging en het huwelijk van H.M. Koningin Wilhelmina (Amersf. 1901).
In Geloof en Vrijheid behandelde hij de volgende onderwerpen: Jezus' opstanding. Een physisch of een psychisch wonder (Jaarg. 1867, blz. 403-425); De noodzakelijkheid van Jezus' verschijning (Jaarg. 1869, blz. 624-628); De strijd om de Kerk in onzen tijd (Jaarg. 1871, blz. 346-367); Waarom evenmin orthodox als modern? Maar wel Evangelisch? (Jaarg. 1886, blz. 381-406); Misvattingen van Jezus' woorden in Johannes' Evangelie (Jaarg. 1889, blz. 259-287); Wat wij van God weten (Jaarg. 1890, blz. 144-185); Hoe hebben de Evangelischen te denken over de beteekenis van Jezus' dood? (Jaarg. 1894, blz. 591-624); Op welken grondslag rust het geloof in Jezus Christus? (Jaarg. 1902, blz. 327-348); De geboorteverhalen van Jezus (Jaarg. 1903, blz. 261-277); De gronden voor het geloof aan onsterfelijkheid (Jaarg. 1906, blz. 129-155); Johannes de Dooper in de lijst van zijn tijd (Jaarg. 1909, blz. 165-202).