Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 1
(1907)–Lambregt Abraham van Langeraad, Hugo Visscher– Auteursrecht onbekend[Jacobus Bolwerck]BOLWERCK (Jacobus), geboren te Leerdam als zoon van Thomas, werd den 30sten Sept. 1702 te Leiden ingeschreven als student in de philosophie. Nu was er in 1708 in de Holl. gemeente te Londen, behoefte aan een hulpprediker en wendde zich het consistorie van genoemde gemeente tot den Leidschen professor Franciscus Fabricius met de vraag; of deze ook iemand wist, geschikt voor het doel? (Hessels, ll. dl. III2 fo 2773 nos 4103, fo 2775 nos 4108, 4109, 4110). Na eenig zoeken vond Fabricius in Jacobus Bolwerck een man, dien hij te Londen durfde aanbevelen: ‘We were glad to learn from your Letter of the 11th (N.S.) inst. that you had found someone willing to come hither as Assistant Minister, and we wish that steps had been taken at once to examine and qualify him for the administration of the Sacraments. It is true that our Consistory has decided to elect an ordinary Minister, as soon as a number of Ministers have been here to let us judge of their talents, but this does not militate against our decision concerning an Assistant. We hope, therefore, that you will take messures to have Dom. Bolwerck examined, and that he will come over to us as soon as possible’ (Hessels, ll. dl. III2 fo 2777, no 4112). De brief, waaraan wij deze bijzonderheid ontleenen is van den 4den Mei 1708 en spoedig daarop is Bolwerck door deputati synodi peremptoir geëxamineerd en tot den dienst des evangelies in het buitenland geordend (Hessels, ll. dl. III2 fo 2778, no 4114). Na zijn aankomst te Londen heeft Bolwerck er drie maanden dienst gedaan tot aller genoegen (‘Pray excuse our not having, ere this, thanked you for having procured for us Dom. Bollewerck, who has been our Assistant Minister for three months to the satisfaction of us all, but now unescpectedly elected in Holland, just at a time when we are unable to proceed with the election of an ordinary Minister’ (Hessels, ll. T. III2 fo 2778, no 4115, brief van den 29sten Oct. [9 Nov. N.S.] 1708). Gelijk hier vermeld wordt, zoo was het ook. Terwijl Bolwerck als hulpprediker te Londen dienst deed, werd hij beroepen te Spijk bij Gorinchem, waar hij den 23sten Dec. 1708 bevestigd werd. Werkzaam is hij hier gebleven tot den 19den Oct. 1711, toen Spijk verwisseld werd met Bergen op Zoom. | |
[pagina 481]
| |
Te dezer plaatse arbeidde hij tot den 21sten Febr. 1723, om een week (immers den 28sten Febr.) later te Maastricht, zijne nieuwe gemeente, in dienst te treden. Hij werd in Oct. 1748 emeritus ‘salvis honoribus et emolumentis’, na daartoe gericht verzoek aan de Ho. Mo. Heeren Staten-Generaal en den Raad van State. Den 8sten Maart 1749 ondertusschen, bij de inhuldiging van Z.D.H. den prins van Oranje, hield hij, onder een verbazenden toeloop van menschen, een preek over Jeremia XXX:7b, 8 en 9. Na een langdurige ongesteldheid van bijna twee jaar, overleed de ijverige man, die ook jaren lang als curator der Latijnsche school had gefungeerd, op Zondag den 19den Juni 1757Ga naar voetnoot1). Hij scheef: Lijkrede op M. Heijdenrijk. Utr. 1724. Litteratuur: Boekzaal 1723a blz. 110 en 374; 1748b blz. 440; 1749a blz. 367 en 368; 1757a blz. 683. Hessels, ll. dl. III2 reg. i.v. |
|