[Johannes Fredericus van Binsbergen]
BINSBERGEN (Johannes Fredericus van), geboren te Rotterdam den 23sten Mei 1808, was de zoon van Jan en Neeltje Helderman. Ingeschreven als student bij de theol. en litt. faculteit te Leiden, den 12den Sept. 1826, werd hij den 3den Aug. 1831 door het prov. kerkbestuur van N.-Brabant tot den heil. dienst toegelaten. Hij was predikant te Schore-Vlake 29 Sept. 1833-1854 en te Den Hoek bij Neuzen 1854-1 Oct. 1886, op welken dag hij met Handel. 20:32a afscheid nam van zijn gemeente om emeritus te worden. Na het ingaan van zijn emeritaat vestigde hij zich te Neuzen, waar hij den 4den Maart 1890 overleed.
Hij schreef o.a.
Korte geschiedenis der kerken en gemeente van Schore en Vlake. Zierikzee 1845.
Een drietal verhalen. Schoonh. 1851.
L. de Jussieu. Nagelaten werken van Simon van Nantua. Uit het Fransch door J.F. van Binsbergen. Montf. 1854.
Vele vertalingen in verschillende tijdschriften, sommige in vereeniging met zijn echtgenoote Mevr. van Binsbergen-Costerman. Zie over deze pastoriebewoners te Den Hoek. Eigen Haard jg. 1880 blz. 112.
Litteratuur: Nagtglas; ll. afl. 1, blz. 40/41.